woensdag 15 april 2015

Woensdag 15 april

Beste bloggers,

De voorlaatste dag hier in de Filipijnen ging alweer vroeg van start. Na een stevig ontbijt vertrokken we met de bus richting Tala. Dit is een oude lepra kolonie. Tala is Filipijns voor ster, wat aan de ene kant symbool staat voor hoop, maar tegelijkertijd ook voor iets wat veraf is. Leprapatiënten werden vroeger namelijk geïsoleerd van de rest van de samenleving uit vrees voor besmetting. Er rust bovendien (nog steeds) een stigma op mensen met lepra.

In het centrum werden we verwelkomd door Father Louis, een pater uit Congo, en enkele voormalige leprapatiënten.
Zij vertelden ons hun verhaal, wat zowel voor hen als voor ons zeer aangrijpend was. Elk van hen getuigden over de schaamte en verstoting die gepaard gaat met het lijden aan lepra. Na het stellen van heel wat vragen (en het eten van lekkere gekaramelliseerde bananen) namen ze ons mee voor een bezoek aan het dorp waar (ex-)lepra patiënten wonen.
Ook hier kregen we de gelegenheid om met enkele van hen te praten en vragen te stellen. We namen ook vlug een kijkje in het schooltje waar de kinderen les kunnen volgen.


Om onze voormiddag af te sluiten trokken we naar het ziekenhuis. Vroeger enkel voor leprapatiënten, maar sinds enkele jaren een general hospital, waar ook andere patiënten terecht kunnen. Daar kregen we eerst een presentatie over de symptomen, het verloop en de behandeling van lepra. Dit was zeer interessant, mede door het enthousiasme van de verpleger die de presentatie gaf. Vervolgens verdeelden we ons in twee groepen en bezochten we elk onder begeleiding van een medewerker van het ziekenhuis de vier wards waar leprapatiënten verblijven. Dit was een heel confronterende ervaring. We konden met eigen ogen de verminkingen zien die de ziekte veroorzaakt. De behandeling duurt normaal 12 maanden, maar sommige patiënten blijven hier soms tientallen jaren omdat ze niet terug naar huis kunnen. Dit kan verschillende redenen hebben: verstoting, ernstige verminkingen enz. Zo was een bepaalde patiënte er al 45 jaar.

Na een korte tussenstop in een plaatselijk winkelcentrum om te eten en na een wissel van bus (airco was kapot en dat moest blijkbaar vermeden worden), reden we richting Payatas. Dit is de plaats waar al het afval van heel Manila terecht komt. Een volledige samenleving van 200 000 mensen leven hier op 5 km². Zij leven op en van dit afval. De meeste van hen werken op de vuilnisbelt, waar ze het afval sorteren. Dit afval verkopen ze aan de junk shops, een tussenstation tussen hen en de bedrijven die dit afval vervolgens verwerken. Zij verdienen hiermee 150-200 peso’s (3 à 4 euro) per dag, waarmee ze soms een gezin van zes kinderen moeten onderhouden. Uiteraard is dit zeer moeilijk tot onmogelijk. Hun eten halen ze bijvoorbeeld van de afvalberg. Resten van Mc Donalds en andere ketens worden opnieuw opgewarmd en dienen dan als hun voedsel.

Enkele jaren geleden was er een grote tragedie. Tijdens het regenseizoen kwam er een gigantische lawine van afval de berg af en bedolf meer dan duizend mensen. Velen van hen liggen daar nog steeds onder het afval begraven. Na dit ongeluk is een toegangspas voor de vuilnisbelt noodzakelijk en is de toegang voor kinderen verboden. (maar naast de belt zie je hen gewoon meehelpen)

We bezochten verschillende centra die proberen het leven van de mensen hier te verbeteren. Zo was er de crèche, zodat kinderen overdag niet alleen thuis achterblijven als hun ouders op de vuilnisbelt werken. Ook was er de leerbegeleiding, waar moeders op zaterdag vrijwillig kinderen helpen met hun huiswerk. Sommige van hen maken met het afval (gesponsord door bedrijven, dus eigenlijk geen écht afval) mooie pennenzakken, toilettassen, portefeuilles etc, die verkocht worden om het schooltje te steunen. Velen van ons lieten zich hier helemaal gaan voor het goede doel. Hierna zetten we onze wandeling tussen het vuilnis en de sloppenwijken verder. De dingen die we hier zagen lieten een diepe indruk na. We beseften hoeveel geluk we hebben (een kapotte airco is nu ook weer niet zo erg). Ondanks de vele ellende die we zagen, bleven de meeste mensen die we zagen enthousiast en erg vriendelijk.

Uit respect voor de mensen die daar wonen, zetten we geen foto's op de blog. Jullie zullen deze ongetwijfeld in de huiskamer voorgeschoteld krijgen.

Nu gaan we vroeg slapen, want morgen staat onze wekker al om 4u om naar Batangas te gaan!

Lowie G, Lisa G, Lisa K

1 opmerking: